dinsdag 30 oktober 2007

Pleingevoel

Het plein Urquinaona bezit een zeldzame kwaliteit. Het heeft de juiste verhoudingen tussen openheid en beslotenheid, tussen bouwhoogte en afmetingen, tussen doorgaand verkeer en verblijvers. De metrotrap komt er midden op uit, wat bijdraagt aan het gevoel op een goed plein te zijn, een eigen plek die deel uitmaakt van de omliggende stad. Dat is bepaald niet vanzelfsprekend. Voor zover je hier pleinen hebt, zijn het open vlakten waar het verkeer aan voorbij raast, of weggestopte hoekjes. In beide gevallen proberen ze de rest van de stad te ontkennen. Vooral ’s avonds, wanneer de oerlelijke bruine kantoorkolos op de hoek van Roger de Llúria door het duister is opgeslokt, weet Urquinaona je de indruk te geven dat je precies op de plek bent die er op dat moment toe doet. Er is geen enkele reden om ergens anders te willen zijn. De Dam had dat vroeger ook, voor ze er een historische vlakte van maakten. De vorm is min of meer toevallig ontstaan, wat een belangrijke voorwaarde is voor een plein. Ik had op Urquinaona niks te zoeken, maar ik was er en besloot wat rond te hangen om het pleingevoel op me in te laten werken. Een wederverkoper herkende mijn bedoelingen en greep zijn kans om mijn medeleven aan te spreken. Of ik aan de arme mensen wilde geven? Dat wilde ik niet. Ik liet hem even praten. Hij stond hier ook voor eigen glorie, veronderstelde ik. Voor zover ik kon beoordelen, sprak hij met een Columbiaans accent. Een mooi, zangerig geluid dat verraadt dat Brazilië niet ver is. Ik genoot een tijdje van zijn jammerklacht en vervolgde toen mijn weg. Het was fijn om op Urquinaona te zijn.

Geen opmerkingen: