donderdag 14 februari 2008

Laagjesweer

Je leert een stad pas in de winter kennen. Wanneer de toeristen naar huis zijn, wanneer er weinig vertier is en het leven uit doorbijten bestaat, ontdek je of er zoiets als solidariteit tussen de inwoners bestaat. In de zomer kom je daar niet achter. Je hoort er pas bij wanneer je de winter hebt doorstaan. Nou stelt de winter hier niet veel voor. Het kwik zakt zelden onder de tien graden en meestal schijnt de zon. Maar het verschil met de zomer is er niet minder groot om en het wachten duurt lang. Vandaar de opwinding toen we vorige week opeens laagjesweer hadden. Laagjesweer is een eerste levensteken van het voorjaar. Laagjesweer vraagt om laagjes kleren die je naar believen kunt afpellen en weer omhangen. ’s Ochtends is het nog koud en is een goedsluitende jas gewenst. Maar al gauw begint de zon zijn heilzame werk te doen. Om tien uur kan de jas los en om elf uur mag hij uit. Vanaf twaalf uur is een trui gauw teveel en rond twee uur verschijnen de eerste opgerolde mouwen en een enkel gewaagd hemmetje op straat. Het is volop voorjaar voor zolang het duurt. Dat is niet lang. Om vier uur is het al aanmerkelijker frisser en wanneer de schemer valt wordt het gewoon weer koud, laten we zeggen koel. Echt koud is het pas na middernacht. Het is verleidelijk de temperatuur aan het middaguur af te lezen. Veel mensen gaan slecht gekleed over straat. De winterziektes woekeren voort. Na de lange verkoudheid hebben we nu met de buikpijn van doen. Ondertussen is heel dat voorjaarsgedoe weer achter de rug. Het is guur en saai. Vooral wanneer de wind door de straten buldert duurt het nog lang.

Geen opmerkingen: