zondag 17 februari 2008

Ja, nee, geen mening

De peilingen laten nog maar een klein verschil zien tussen Arbeiderspartij en Volkspartij. Als de trend doorzet koersen we op een gelijkspel van veertig om veertig procent af, met de overige twintig procent verdeeld tussen verenigd links en de regionale partijen. Ondertussen is oppositieleider Rajoy nog steeds niet populair. Ook een fors deel van zijn eigen electoraat ziet hem liever niet als president van de regering. Wat is dat toch, dat democratie tegenwoordig overal tot een nek-aan-nekrace leidt? We hebben het in de VS gezien, we zien het opnieuw in de VS, we zien het in BelgiĆ«. Waar je ook kijkt, verkiezingen worden na een zinderende peilingenstrijd met miniem verschil beslist. Zouden het die peilingen zijn? Als jou gevraagd wordt op wie je gaat stemmen en jouw kandidaat ligt achter, dan zul je graag volmondig kenbaar maken wie je steunt. Ligt jouw favoriet riant op kop, dan veroorloof je je wat sneller een voor verstandig versleten distantie. Ik weet het nog niet, hoor, ik wil eerst de partijprogramma’s goed lezen. Zo hebben de barometers een nivellerende werking op de politieke verhoudingen, vooral wanneer de werkelijkheid als een tweestrijd wordt gepresenteerd. De voorman van verenigd links, Gaspar Llamazares, iemand die het zich in zijn uitzichtloze positie kan veroorloven om wijze dingen te zeggen, protesteert terecht tegen de ergerlijke neiging om democratie tot een kleuterachtig welles-nietesgevecht te reduceren. Dat er alsnog tot een tv-debat tussen Zapatero en Rajoy is besloten, werd door alle journaals als een overwinning voor de democratie binnengehaald. Llamazares sprak van een bittere nederlaag voor de pluriformiteit. Hoe zit het met de meningen waarvoor op dit moment nog twintig procent steun bestaat? Waarom mogen die niet gehoord worden? Als straks de Volkspartij een minderheidskabinet gaat vormen, dan klagen de media steen en been over het noodlot dat EspaƱa heeft getroffen. Ze hebben het zelf over ons afgeroepen.

Geen opmerkingen: