dinsdag 11 maart 2008

Beeldendorp

Afgelopen weekeinde verbleef de ondergrondse reiziger met zijn geliefde in Cadaqués. Even er tussenuit en dingen doen waar je met de kinderen over de vloer zo weinig aan toekomt: na een taaie lange winter waren we daar dringend aan toe. Cadaqués is het dorpje aan zee waar Salvador Dalí na zijn terugkeer uit de Verenigde Staten neerstreek, om precies te zijn in het over de heuvelkam gelegen vlekje Port Lligat. Dat is aan alles te merken. Cadaqués moet op zeker moment besloten hebben het massatoerisme buiten de deur te houden door zich volledig op haar beroemdste inwoner te concentreren. Cadaqués is een open Dalímuseum. Op plexiglazen displays langs de boulevard kun je lezen in welk meesterwerk de schilder het betreffende panorama heeft verwerkt en ieder winkeltje heeft zijn eigen handgemaakte Salvador Dalí T-shirts. Verder sterft het van de handwerklieden die in de geest van de meester een vleugje surrealisme in hun kunstnijverheid toelaten. Wij logeerden in hotel La residencia, een in Engelse stijl overdadig aangekleed verblijf vol Dalíreproducties en memorabilia. Onze kamer beschikte over twee wandgrote spiegels om zichzelf in te bewonderen, dat was wel aardig. In de lounge hingen in glazen vitrines originele kiekjes van Dalí met vrienden en modellen, de blote foto’s achter een luikje. De rondleiding door Zijn Huis à raison van een tientje zat er helaas niet in. Het seizoen begint pas met de Pasen. Wel uitstekend gegeten in restaurant Can Rafa, waar je uit een schaal met verse dooie vissen een geschikt exemplaar mocht kiezen. Daarbij een prima wijntje van eigen berg, flink paars en fruitig naar de smaak in dit deel van de wereld. Voor de nadorst was er nog een rockcafé waar cliëntèle en muziek tot in de kleinste details het jaar negentienvijfenzeventig (in andere dorpen negentienzesenzeventig) nabootsten. Daar viel de reiziger als een blok voor. In Cadaqués is het leven een standbeeld geworden.

Geen opmerkingen: